top of page
  • Foto van schrijverMaudy Luhulima

Sampling na de Kraftwerk-uitspraak: een balans tussen muziekrechten en artistieke vrijheid?

Bijgewerkt op: 3 sep. 2019

Een maand geleden heeft het Europese Hof van Justitie (hierna: het Hof) een belangrijke uitspraak gedaan in de zaak Kraftwerk v. Pelham, een zaak omtrent ‘sampling’ die de muziekindustrie al twintig jaar heeft beziggehouden. Een glasheldere uitspraak lijkt dit niet te zijn, aangezien sommige media schrijven dat Kraftwerk deze zaak heeft gewonnen, terwijl andere media weer schrijven dat Kraftwerk de verliezer is in deze zaak.


In deze blog zal de Kraftwerk-uitspraak en of deze uitspraak een eerlijke balans biedt tussen muziekrechten en artistieke vrijheid besproken worden.


Sampling

In de muziekindustrie is sampling een techniek waarbij stukjes – ofwel samples – van een bestaand werk (fonogram) worden gehaald en weer worden (her)gebruikt in een nieuwe muziekproductie. Zo’n sample kan worden gemixt, gewijzigd en/of in een zogenaamde loop worden gezet, wat betekent dat een kort geluidsfragment meerdere keren wordt herhaald. Een sample kan een paar tot tientallen seconden duren. Sampling vormt de basis van hiphop en elektronische muziek, maar is ook daarbuiten niet meer weg te denken in de hedendaagse muziek.


Herkenbaarheid

In 1997 brengt Duitse rapster Sabrina Setlur het nummer ‘Nur Mir’ uit, wat is geproduceerd door Pelham en Haas (hierna: Pelham). Hierin wordt een opname van een drumbeat van twee seconden (in loop) gebruikt van het nummer ‘Metall auf Metall’ van de Duitse elektronicaband Kraftwerk. Volgens de rechthebbenden van het origineel hadden de producers geen toestemming voor de sample en wordt daarmee inbreuk gemaakt op hun naburig recht als fonogrammenproducent. Na verscheidene nationale uitspraken met wisselende uitkomsten hierover in Duitsland, heeft nu het Hof zich over deze zaak gebogen.

Uit het arrest van het Hof blijkt dat de herkenbaarheid van een sample van belang is voor de vraag of toestemming van de fonogrammenproducent nodig is. Zolang de sample – hoe kort of lang dan ook – herkenbaar is, is toestemming vereist. Als de sample zodanig is bewerkt dat het origineel daarin niet meer te herkennen is, dan zit je safe als muziekproducent: de sample is vrij te gebruiken zonder toestemming van de fonogrammenproducent.


Het is volgens het Hof echter wel mogelijk een herkenbare sample te gebruiken zonder toestemming van de rechthebbenden, namelijk het citaat. Het citaat moet dan worden gebruikt om de dialoog met het origineel aan te gaan.


Een eerlijke balans?

Sampling is een vorm van artistieke expressie, wat valt onder de Europeesrechtelijk beschermde vrijheid van de kunsten, aldus het Hof. Er moet een eerlijke balans bestaan tussen enerzijds de bescherming van rechthebbenden van intellectuele eigendomsrechten en anderzijds de bescherming van de vrijheid van kunsten.


Het lijkt erop dat het Hof deze balans – mijns inziens tevergeefs – probeert te bereiken door het citaat als beperking te noemen voor sampling. Wanneer wordt een sample als citaat gebruikt? Een (enigszins) recent voorbeeld is een van de zomerhits van 2012: One Day van Bakermat. De enige tekst die in dit deep house nummer te horen is, komt uit de ‘I have a dream’ speech van Martin Luther King Jr. Bakermat steekt de speech in een modern jasje en laat hiermee zien dat de hoopvolle speech ook in deze tijd nog van groot belang is. Dit zou als een dialoog kunnen gelden met het origineel.


In de meeste gevallen is geen sprake van zo’n dialoog en dient de sample als versiering van een nummer. De citaatbeperking lijkt mij dan ook te beperkt om de benodigde balans te vinden. Opgemerkt dient wel te worden dat het natuurlijk niet de bedoeling van een beperking is dat ‘de meeste gevallen’ eronder kunnen vallen.


Een ander probleem van deze uitspraak is het grijze gebied dat nog resteert: wanneer is een sample genoeg bewerkt om ‘onherkenbaar’ te zijn? De uitspraak biedt dan ook weinig houvast voor muziekproducenten. Bij twijfel zal toestemming moeten worden gevraagd aan de rechthebbenden van het origineel, wat complex kan zijn en wat ook tijd en geld kost. Voor grote muziekproducenten is dit een drempel, maar hoeft dit geen probleem te zijn. Tegenwoordig zijn het niet alleen de grote muziekproducenten die samplen, maar kunnen ook tieners vanaf hun zolderkamer muziek produceren. Mogelijk weten zij niet dat toestemming voor sampling nodig is en het geld voor toestemming zullen zij zeker niet hebben. Wanneer bepaalde samples niet gebruikt mogen worden, zal men voor goedkopere en minder authentieke samples moeten gaan. Voor de artistieke expressie zal dit niet ten goede zijn.

Sampling is geen ordinair jatten. Het is bijvoorbeeld een manier om oudere muziek bij een nieuw en jonger publiek bekend te laten worden. Het kan juist bijdragen aan meer muzikale creativiteit. Om deze creativiteit niet alleen beschikbaar te laten zijn voor producenten met genoeg geld, zou een standaardtarief voor het gebruik van samples misschien een oplossing kunnen zijn. Het verwachte succes van een nummer zou kunnen bijdragen aan de hoogte van het tarief, waardoor de rechthebbenden van het origineel niet eens erop achteruit hoeven te gaan.


And the winner is...

Terug naar Kraftwerk. Het Hof legt alleen de bestaande wetgeving uit en oordeelt niet wie in het gelijk wordt gesteld. Het is aan het Duitse Bundesgerichtshof om de vraag te beantwoorden of de gebruikte sample van Kraftwerk onherkenbaar is ten opzichte van het origineel. Al moet ik zeggen dat de sample toch behoorlijk herkenbaar klinkt…

bottom of page